VVM logo nieuw 150x150

netwerk van milieuprofessionals

 
Bezoek ons op: 

VVM logo nieuw 150x150

netwerk van milieuprofessionals

Bezoek ons op: 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dag van de Omgevingswet 2017

  Deelsessies ronde C

C01 - Handvatten voor het omgevingsplan

Esther Poot, gemeente Alphen aan den Rijn
Jos Dolstra, Programma Aan de slag met de Omgevingswet

Vanuit het programma Aan de slag met de Omgevingswet wordt gewerkt aan het project Handvatten voor het omgevingsplan. Het project heeft tot doel om kennis over het instrument omgevingsplan te ontwikkelen en te verspreiden en om voorbeelden in de vorm van staalkaarten te ontwikkelen voor wie met het omgevingsplan aan de slag gaat.


C02 - Toezicht en handhaving, relatie met milieubelastende activiteiten en zorgplichten

Martijn Griep, DCMR Milieudienst Rijnmond
Wilbert van Duinhoven, DCMR Milieudienst Rijnmond
Leendert de Bruin, Heijmans

Met de invoering van de Omgevingswet krijgen lokale overheden meer ruimte om zelf normen te stellen. Tegelijkertijd wordt aan initiatiefnemers, waar mogelijk, ruimte geboden voor een eigen invulling. Dit geboden vertrouwen brengt uiteraard ook een verantwoordelijkheid met zich mee. Welke gevolgen heeft dit voor toezicht en handhaving, mede in relatie tot de zorgplicht? In deze sessie wordt ingegaan op vraagstukken als:

  • Wat betekent dit in de praktijk voor de toezichthouder?
  • Krijgt hij meer de rol van normsteller, toetser of zelfs onderhandelaar?


C03 - Aanvullingswet Natuur

Peter Mendelts, NBR Tijdschrift Natuurbeschermingsrecht
Kars de Graaf, Rijksuniversiteit Groningen

De Aanvullingswet Natuur integreert de Wet natuurbescherming in de Omgevingswet. Hoe is dat precies vorm gegeven met betrekking tot de verschillende juridische instrumenten en onderwerpen uit die wet? Is de bescherming van de natuur, zoals door de EU wordt verlangd, in goede handen onder de Omgevingswet? Zal ook de uitvoering van de regelgeving door de Nederlandse overheid voldoende zijn gewaarborgd?Daarbij speelt met name de vraag op welke wijze de vergunningplicht voor verschillende activiteiten uit de Wet natuurbescherming wordt geïntegreerd in Hoofdstuk 5 en de daarop gebaseerde AMvB. Uiteraard alleen voor zover dat bekend of te voorspellen is. In deze sessie wordt uitgebreid bij deze aspecten van de stelselherziening stilgestaan.


C04 - Het nieuwe omgevingsloket

Gijs van Duijn
Mickel Langeveld

Het Nieuwe omgevingsloket is vol in ontwikkeling. Samen met toekomstige gebruikers wordt deze voorziening gebouwd binnen het Digitaal Stelsel Omgevingswet. Deze sessie gaat in op de laatste stand van zaken. In het bijzonder wordt hierbij  aandacht geschonken aan het project toepasbare regels.


C05 - Kansen voor energietransitie in de Omgevingswet

Stefan Mol, Waternet
Erik Visser, AT Osborne

De sessie is met name bedoeld voor omgevingsprofessionals en beleidsmakers niet-zijnde juristen. De deelnemers worden in vogelvlucht meegenomen in de betekenis van de Omgevingswet voor de energietransitie. Het stelsel wordt op hoofdlijnen besproken, waarna ingezoomd wordt op de kansen en belemmeringen die de wet biedt voor het versnellen van de transitie. Ook zal er aandacht zijn voor kerninstrumenten zoals de Omgevingsvisie en het Omgevingsplan. Aan de hand van de casus nieuwe sanitatie, waarmee warmte uit grijs afvalwater gewonnen kan worden, laten we zien welke kansen de Omgevingswet daarvoor biedt.


C06 - Besluit Bouwwerken leefomgeving: bouwen onder de Omgevingswet

Frederike Brouwer, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Wico Ankersmit, Vereniging BWT Nederland

Met de Omgevingswet zal het vergunningenstelsel in Nederland weer flink gaan veranderen. Daarbij speelt vooral de vraag of er nog wel veel vergunningplichtig blijft. Bepaalt het lokaal bevoegd gezag straks of iets met vergunning, melding of zonder vergunning dus vergunningvrij kan? Wat gebeurt er met het vergunningvrije bouwen? En wat als een aanvraag aan alle regels voldoet? Deze vragen komen tijdens deze workshop aan de orde. Teven wordt ingegaan op de laatste stand van zaken rond de knip tussen landelijke regels en lokaal kunnen regelen.


C07 - Nadeelcompensatie

Berthy van den Broek, Universiteit Utrecht
Jeroen Huijben, Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Het toekomstige omgevingsplan heeft niet alleen een ruimere reikwijdte en inhoud dan bestemmingsplannen, de bedoeling is ook dat het meer mogelijkheden biedt tot globalere regulering. Dit heeft ingrijpende consequenties voor de inhoud van de nadeelcompensatieregeling. Deze maakt een einde aan de planmaximalisatie en bovendien wordt het moment van de schadevergoeding in veel gevallen doorgeschoven. Doel van de nieuwe regeling  is zowel het wegnemen van belemmeringen voor de vaststelling van globale omgevingsplannen als tegemoet komen aan de kritiek op het huidige planschadestelsel. Uit de reacties op de consultatieversie blijkt echter dat de nadeelcompensatie ook aanleiding geeft tot nieuwe vragen. Hoe zit de nieuwe regeling in elkaar en welke consequenties zal dit hebben voor de uitvoeringspraktijk?


C08 - Omgevingsvisie 2016: Ruimte waar het kan, sturen waar het moet

John Janssens, gemeente Sittard-Geleen

De Omgevingsvisie 2016 Sittard-Geleen schetst de integrale koers om de kracht van de gemeente – als onderdeel van de regio tot bloei te laten komen. Rekeninghoudend met de regionale demografische ontwikkelingen, focust de visie op twee aspecten: 1) het aantrekkelijk maken én houden van de woon-, werk- en leefomgeving, en 2) het faciliteren van ontwikkelingen die prioriteit hebben.

De drie topprioriteiten voor voor Sittard-Geleen om hier werk van te maken, zijn het versterken van:

  • de economische structuur en werkgelegenheid;
  • stedelijke functies;
  • sociale vitaliteit.

Op het hoogste schaalniveau betekent dit dat de gemeente inzet op het ontwikkelen van het stedelijk centrum van Sittard, de clusters chemie (Chemelot site en Brightland campus met naast DSM 80 bedrijven), automotive (omgeving VDL Nedcar: bouw Mini/BMW), een sportzone met een veilige wieleromgeving en de aanzetten voor een tweede topsportklimaat naast Papendal.

Inzoomend op de wijken staat het realiseren van een levendige winkel- en ontmoetingscentra voorop. Daarbij is ook oog voor de verdunningsopgave als gevolg van de demografische ontwikkeling (schrijf krimp). Daarbij kan door te vergroenen en verduurzamen een kwaliteitsslag worden gemaakt. De omgevingsvisie biedt hiermee ook een helder kader voor de ontwikkelmogelijkheden van het eigen gemeentelijk vastgoed.


C09 - Rechtsbescherming

Maarten Verhoeven, Rechtbank Oost-Brabant
Jan van den Broek, VNO NCW

Deze sessie gaat eerst in op de omvang van de rechterlijke toetsing van besluiten onder de Omgevingswet. Waarom zou de rechter marginaal toetsen? Enkele kritische kanttekeningen worden geplaatst bij de door de wetgever voorgestane rechterlijke toets van Omgevingsbesluiten. Vervolgens staat de volgende vraag centraal: hoe gaat de rechter rekening houden met door de Omgevingswet beoogde concepten als paradigmawisseling, cultuurverandering, flexibiliteit, duurzame ontwikkeling en participatie?


C10 - M.e.r. in een veranderende Omgeving(swet)

Roel Meeuwsen, projectleider Commissie voor de m.e.r.
Corrie Smit, zelfstandig adviseur omgeving en milieu Corrie Smit Advies
Lettie Vaatstra, lid VVM-sectie milieueffectrapportage, jurist SAB
Klaas Jan Dolman, Gemeente Amsterdam
Tim Artz, Antea Group Nederland

In de Omgevingswet wordt de regelgeving voor m.e.r. vrijwel ongewijzigd overgenomen. Toch zal dit instrument anders moeten worden ingezet om goed aan te blijven sluiten bij visies en plannen onder de Omgevingswet. Dat heeft te maken met het ruimere bereik in zowel de onderwerpen, de inhoud als de processen van de omgevingsvisies en -plannen. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk in het omgevingsplan open normen op te nemen en te werken met omgevingswaarden. Tijdens de workshop wordt ingegaan op de vraag hoe invulling kan worden gegeven aan m.e.r. voor omgevingsplannen.

De Commissie voor de m.e.r. praat u bij over recente ervaringen met de pilots m.e.r. en omgevingsplannen. Daarbij wordt ingezoomd op de m.e.r. pilot ‘Haven-Stad Amsterdam’. Dit plan behelst de transformatie van het noordwestelijk (haven-)gebied binnen de Ring A10 van haven en industrieterrein naar stedelijke gebied. De ervaringen bij dit project zullen worden toegelicht door één van de betrokkenen bij dit plan. Tijdens de workshop gaan we in gesprek over deze ervaringen en over andere ervaringen met m.e.r. en de Omgevingswet. Onderwerpen daarbij zijn werken met integrale thema’s, onderzoek naar effecten en monitoring en maatregelen achter de hand.